Op deze foto van een klaproos in onze tuin trof ik vorige week uitsluitend wilde bijen aan, terwijl er hier zo'n half miljoen honingbijen rond vliegen. Ieder insect heeft zijn eigen plekje in de natuur, op voorwaarde dat er voldoende natuur beschikbaar is.  

Bij het Darwiniaanse natuurlijke imkeren wordt volgens Tom Seeley het broednest compact gehouden. Een enkele simplexbroedkamer met elf ramen is voldoende om een goede moer een mooi broednest te laten onderhouden en een gezond volk op te bouwen. Door een betere warmtehuishouding wordt de mijtgroei beperkt gehouden. Ruimte geven vindt plaats in de vorm van twee of meer honingkamers. In augustus controleer ik altijd de mijtbesmetting van die volken, waarin de mijten niet meer bestreden worden. 

Dat zo'n beperkt broednest geen negatieve gevolgen heeft voor de honingopbrengst en geen zwermdrift hoeft te veroorzaken, laat ik in de onderstaande video zien. Dit volk zit trouwens op 5,1 mm raat. Al mijn volken zitten nu op 4,9 of 5,1 mm raat. 

In het tweede deel van de video laat ik mijn eerste volk zien dat ik vier jaar geleden op 4,9 mm raat gezet heb. In deze vier jaar is er nooit een kunstzwerm van dit volk gemaakt, er zijn hooguit enkele ramen broed gebruikt voor een broedaflegger. Daarnaast heeft dit volk geen enkele vorm van varroabestrijding ondergaan. Dit wordt een Varroa Surviving Bijenvolk genoemd. 

Meer info over het Darwiniaans imkeren vind je in de You Tube video's van Tom Seeley of in het boekje over Darwiniaans imkeren dat ik recent uitgebracht heb. Meer info over kleine cellen vind je in het andere boek, dat ik uitgegeven heb. 

Ben Som de Cerff, hobby-imker en docent bijenteelt