Vanaf 27 augustus geteld, zijn er tot en met gisteren uit 18 volken 37.728 mijten gevallen. Die mijten zijn dus een natuurlijke dood gestorven, want deze volken zijn dit jaar en sommige ook vorig jaar niet behandeld tegen de mijten. Al mijn andere volken (met uitzondering van de volken op kleine cellen) zijn wel keurig behandeld begin augustus en december. 

Dit onderzoek naar de natuurlijke mijtenval heeft verschillende doelen:

1. de selectie van teeltmoeren, waarbij de minste mijten vallen gedurende de nazomer, herfst en winter. Deze volken hebben de laagste besmettingsgraad en hiervan wordt verder geteeld.

2. vaststellen of volken kunnen overleven zonder bestrijding van de mijten, hierbij probeer ik te selecteren op virustollerante volken

3. vaststellen welke mijtbesmetting volken nog kunnen verdragen

4. vaststellen hoe de mijtenreproductie en de besmetting verloopt van kleinere bijen op kleinere cellen (4,9 mm kunstraat).

De verschillen in de totale mijtenval per volk zijn extreem verschillend, in cumulatieve (totaal)aantallen (van 27-8-2018 tot 11-1-2019):

- 2 volken hebben slechts 120 mijten laten vallen

- 4 volken tussen de 350 en 500 mijten

- 6 volken tussen de 700 en 1200 mijten

- 2 volken ongeveer 2000 mijten

- 1 volk ongeveer 3000 mijten 

- 3 volken met 7000 tot 7500 mijten.

De 4 volken met de hoogste mijtenval zijn overjarige volken, waaruit blijkt dat de bestrijding van de mijt hard nodig blijkt. Overigens zitten er onder de overige volken ook nog overjarige volken. 

De grootste vraag blijft natuurlijk hoeveel mijten er achter blijven in de volken en hoe winteren deze volken uit? We gaan het zien. 

Ik zal jullie op de hoogte houden.